dinsdag, maart 27, 2007
Pijn
Pijn is een universum, zonder woorden of geheugen, maar wee degene die erin verzeild raakt. Een uitgebreid onbeschrijfelijk scala aan martelingen wacht, van gemeen wreed tot slopend subtiel. Sinds vorige week maandag herinnerde elk moment van onachtzaamheid me waar ik was: In de pijn. De beknelde zenuwen, overspannen spieren en gekneusde pezen rond mijn heiligbeen voerden een symfonie van ongenoegen op in mijn lichaam. Ik wist niet hoe ik kon ontsnappen. Vorige week leken de eerste ingrepen van de ostheopaat erg heilzaam, maar de laatste dagen kon ik amper lopen en niet meer zitten, zelfs niet op mijn knielstoel. Ik werd er zo moe van dat ik het liefst met bewustzijnsvernauwing op mijn bed lag. Maar deze dinsdag om vijf uur had ik weer een afspraak bij de osteopaat. Om vier uur vertrok ik kalmpjes peddelend op de fiets naar Mechelen-Noord. In de auto zitten was geen optie meer. Bij de osteopate probeer ik mijn leed te verwoorden. Het blijkt dat nu de linkerzijde van mijn bekken volledig is verkrampt, als reactie op de vorige behandeling van de rechterkant. Dat schiet niet op. Na een uur duwen, trekken en masseren verliet ik het pand als een normaal lopend mens. Ik ben meteen een uur blijven lopen om te voorkomen dat alles weer scheef zou schieten. Toen teruggefietst. Jeukende ogen en niezen kondigen de lente aan. Ik vergeet ook elk jaar mijn allergie weer. Na het eten meteen weer ruim een uur gewandeld. Zo leer ik de omgeving nog beter kennen. Toen na een pijnstiller en een heet bad mijn bed in. Aan een stuk doorgeslapen. (Helaas uitzonderlijk). Na het ontbijt even achter de computer voor de mail en wat licht werk en zodra mijn rug piept weer naar buiten voor een flink ommetje. Zo lang ik maar in beweging blijf, komt het weer goed, beloof ik mijzelf. Ik ga zo weer een eindje fietsen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten